Luisteren voor de toekomst

We wankelen tussen wennen aan ‘het nieuwe normaal’, verlangen naar weleer en prestatiedrang naar de toekomst. Corona heeft ons aller leven overhoop gehaald. Er zijn vele slachtoffers. Soms dichtbij. Waar rituelen voorheen houvast en dus troost boden, moeten nabestaanden – ook van andere overledenen - het nu doen met een beperkt afscheid. Zelfs rouwen is anders. We zijn massaal nog niet bijgekomen van de schrik. Stiekem hopen we nog steeds niet aan ‘het nieuwe normaal’ te hoeven wennen. Want wat hadden we het goed. Ook in dit magazine staan weer prachtige voorbeelden van hoe rijk onze samenleving is, met bijzondere verhalen over nieuwe woonvormen en de doorontwikkeling van de eerste zorgcoöperatie van Nederland. Maar ook bijvoorbeeld over culturele voorkeuren in Brabant. Er is veel om naar terug te verlangen. Tegelijkertijd: de crisis maakt ook pijnlijk duidelijk wie al lang kwetsbaar waren. In Nederland en daarbuiten. Dat doet velen nu al spreken over de noodzaak van systeemverandering. In een crisis zien velen het gelijk voor hun eigen agenda. Agenda’s die overigens verschillen. Ik sluit niet uit dat op verschillende terreinen fundamentele veranderingen nodig zijn. Eerder – zoals in onze jaarboeken – hebben we daar aandacht voor gevraagd. Bijvoorbeeld voor onze relatie met de aarde waarop we leven. En voor het versterken van verbindingen tussen groepen. In dit magazine gaat het onder meer over de positie van arbeidsmigranten nu en op langere termijn. Maar in het oog van de storm kun je niet goed beoordelen wat nodig is. Wat al die journalisten, trendwatchers en anderen die aanschuiven in praatprogramma’s ook mogen beweren. Zij hebben het vooral over hun eigen agenda. Daarmee hebben we nog niet een gedeeld, gedragen idee. Laten we eerst goed luisteren naar wat nu gebeurt met ons. Wat staat onder druk? Is dat erg? Wat blijkt waardevol en wat toch niet? Wie doet nu en straks mee? Zelf ben ik overigens niet alleen nieuwsgierig naar de grote thema’s, maar ook naar subtielere veranderingen dichtbij. Bijvoorbeeld ten aanzien van de fysieke afstand tussen mensen. Waar we eerst vrienden en bekenden tot binnen een halve meter in onze persoonlijke ruimte toelieten, zijn ze nu noodgedwongen op 1,5 meter gezet. Blijft dat zo, veren we terug naar de oude afstand, komen we verderaf van elkaar te staan, of juist dichterbij? En willen we er straks massaal op uit? Zoveel en zo snel mogelijk nu onze ‘bucketlist’ afwerken? Of speelt onze zoektocht naar geluk zich straks dichter bij huis af? Ik wens je veel plezier met het lezen van dit magazine. Te beginnen met ons onderzoek naar de beleving van Brabanders van corona.

Patrick Vermeulen Directeur-bestuurder het PON & Telos